Tiengemeten ligt tussen de Hoeksche Waard en Goeree-Overflakkee. Ik had er nog nooit van gehoord maar toen ik dit eiland in het vizier kreeg, had ik gelijk interesse om hier eens te gaan lopen. Op internet vond ik dat de langste wandeling die je hier kon maken 8.2 km was, en omdat Tonia herstellende was, was dit een mooie afstand om mee te beginnen. De eerste pont voer om 10 uur en ik boekte 2 tickets. Om 12.10 uur zou er een terugvaart mogelijk zijn dus die 8.2 km konden we dan wel af hebben. De schipper had lunchpauze om 1 uur dus als we de boot van 12.10 uur zouden missen, moesten we 2 uur wachten. Ik had niet het idee dat de schipper erg moe van zijn baantje zou worden; 7 keer per dag 10 minuten heen en terug te moeten varen; ik vond eigenlijk dat hij aan 7 keer 40 minuten pauze genoeg tijd had voor zijn lunch. Maar wie ben ik.
Een aantal jaren geleden lagen hier nog strakgetrokken aardappelakkers. Zo'n 20 jaar geleden waren er plannen voor een dumpplaats, een vliegveld, een bungalowpark of een kerncentrale. Gelukkig kreeg Natuurmonumenten het beheer in handen. Sinds 2007 begon de omvorming.
In het oosten ligt Weemoed. Hier waan je je in het boerenland van de 19e eeuw met pronkbonen- en bietenakkers en appel- en perenboomgaarden. Hier is ook de herberg waar je een overnachting kunt boeken. Er zijn nog 5 woningen waaronder een zorgboerderij.
In het midden ligt Weelde; ruig grasland en open watermoeras. In diverse seizoenen leven hier verschillende vogels. Er zijn zelfs zeearenden en bever burchten.
In het westen is de WIldernis; een zoetwatergetijdengebied waar je laarzen zich vastzuigen in de modder en hier zijn veel kreken.
Doordat sinds 2018 de Haringvlietsluizen af en toe op een kier gezet worden, kunnen zalm en zeeforel de sluizen passeren richting hun paaigebieden stroomopwaarts.
Toen Tonia en ik het Vuile Gat waren overgevaren, wierpen we een snelle blik op de plattegrond en ik begon te vermoeden dat er veel meer te lopen viel dan 8.2 km... We passeerden een paar boerderijen; een dicht bezoekerscentrum en een even dicht Rien Poortvlietmuseum. Jammer!
We besloten maar eerst naar het westen te gaan. Het gebied zag er prachtig uit;
Al snel kwamen we heel dicht langs de eerste Schotse Hooglander;
Hij leek ons net zo interessant te vinden als wij hem. Hij had een prachtige roodbruine vacht, en als er niet zulke imposante horens op hadden gezeten zag hij er gewoon aaibaar uit!
We zagen inderdaad veel vogels maar helaas geen vliegende deur (de zeearend met een spanwijdte van 2 tot 2.5 meter).
Niet alleen hadden we allebei weinig verstand van vogels, we hadden ook geen verrekijker bij ons. Maar de Schotse hooglanders maakten een hoop goed;
Al snel zat ons eerste wandeluurtje er al op. We waren nog lang niet bij de uiterste westpunt; en de hele oostkant lonkte ook nog. Als we echter de boot van 12.10 uur wilden halen, zouden we echt terug moeten. Gelukkig voelde Tonia zich prima en had ook nog helemaal geen zin om al om te keren. Ze genoot net zo van het eiland als ik en ze besloot het risico maar te nemen dat ze morgen spijt zou krijgen; we liepen dus lekker door.
Al snel waren we in de westpunt; hier was veel riet en het pad was soms ook onduidelijk. We struinden door de rietvelden;
We maakten een praatje met 2 andere toeristen met telelenzen en verrekijkers. Zij hadden wel een zeearend gezien.
.
No comments:
Post a Comment