Blog Archive

Followers

Monday, November 2, 2020

30 oktober '20. Vervolg Rembrandt wandeling door Leiden met Margreet

Vandaag liepen Margreet en ik naar het punt waar we 10 dagen geleden waren geëindigd; tegenover het stadhuis op de Breestraat in Leiden om de Rembrandt wandeling af te maken. Het was nog maar anderhalve kilometer en ik kon me niet voorstellen dat we daar meer dan een uurtje voor nodig zouden hebben. We waren om 8.30 uur begonnen omdat we allebei afspraken hadden 's middags en we ons niet wilden haasten.

Onderweg kwamen we langs de zaterdagmarkt op de Breestraat en liepen ook nog langs het leuke kerstballenwinkeltje maar helaas; nog dicht. 

We begonnen op de 'Blauwe steen' die tussen het zebrapad op de Breestraat lag. Ben er honderd keer overheen gelopen zonder dat die steen me echt was opgevallen. Na een nachtje regen zag hij er ook meer donkergrijs uit dan zwart;

Maar deze steen is het symbolische middelpunt van Leiden; op dit kruispunt kwamen 4 stadsdelen samen. Het was ook de plek waar in de Middeleeuwen de rechtspraak plaatsvond en executies werden uitgevoerd.

We liepen naar de vismarkt en de botermarkt waar ook markt werd gehouden. Hier waren vooral bloemenstalletjes en we vergaapten ons aan de prachtige bessentakken. We gingen op zoek naar de Visfontein uit 1693. Die was door het stadsbestuur geplaatst om de handelaren op de vismarkt van zuiver water te voorzien; 2 waterreservoirs op de Burcht voorzagen deze fontein van water, via een verbinding onder de Nieuwe Rijn door. Na enig zoeken vonden we een groene houten 'jas' om de fontein die hem tussen half oktober en half maart moet beschermen tegen de kou. Andere keer dan maar.

We staken de Koornbrug over;

In de 15e eeuw was hier al een brug; de 3 huidige bogen (de onderkant is nog origineel) stammen uit 1642. In 1842 kreeg de Koornbrug 2 overkappingen om de koopwaar (koren) te beschermen. De brug is regelmatig gerestaureerd.

Ik kreeg weer het programmaboekje van Margreet; die vond het wel makkelijk dat ik de route uitzocht. Dit is de Nieuwe Rijn; aan de overkant de markt op de Botermarkt en de Koornbrug op de achtergrond.

Hierna liepen we door de Beschuitsteeg naar de Nieuwstraat. Op de hoek stond daar het Pilgrimsmuseum (het hoekpand op de foto onder) die pas om 13 uur open zou gaan. Heel erg vonden we dat niet want de Pilgrimswandeling staat ook nog op ons lijstje;

We vonden het pand erg leuk en we raakten aan de praat met de antiekhandelaar die net wat handel uit zijn winkel buiten aan het uitstallen was (het gelige gebouw). We zeiden dat we deze huizen zo leuk vonden en hij raadde ons aan even binnen te kijken omdat we dan zouden kunnen zien hoe het huis er vroeger uit had gezien. Het bleek een antiekwinkel in een antiek pand te zijn. Met ontzettend veel oude zooi. Zelfs Margreet, die niet vies is van antiek, kon nergens echt warm voor lopen; het was gewoon te veel en te oud. Maar het pand vonden we ontzettend leuk. De vloer had nog zoveel mogelijk originele tegels en de keuken en de wc waren eeuwenoud;

  

Het huis had 2 binnenplaatsjes die ook vol stonden met antiek en zelfs de waterput was er nog;

  

Even later ontmoette we ook de vrouw van de antiekhandelaar en ze vond ons duidelijk zo leuk dat ze aanbood om hun woonhuis even te bekijken dat tussen het Pilgrimsmuseum en de antiekwinkel in lag. Ze vroeg ons geen foto's te maken en dat deden we braaf al vergaapten we ons aan de bedstedes, haar keuken en de kleine kamertjes. De keuken was ook ontzettend oud en deed niet veel onder voor de keuken in de antiekwinkel. Alleen dan wat kleurrijker. 

Ze vertelde dat ze boven ook een huiskamer hadden en daar ook sliepen. Toen toverde ze de sleutel van het Pilgrimsmuseum te voorschijn en liet ons daar ook een kijkje nemen. Ze vertelde dat ze af en toe in het museum aten met het licht van de ene kaars op de kandelaar van een hertengewei;

Rechts de kookplaats in het Pilgrimsmuseum.

Dit museum is één van de kleinste musea van Nederland. Het gebouw dateert uit 1365 en hoewel in dit huis geen Pilgrims geleefd hebben, zijn hun achtergebleven spullen hier uitgestald (vroeg 17e eeuws) zodat je een idee krijgt van hun kook- en eetgewoontes. Het huis is tot 1930 bewoond geweest maar nooit gerestaureerd. Sommige tegels in de originele vloer ontbraken of waren ernstig kapot en zijn stuk voor stuk na lang speurwerk van de antiekhandelaar vervangen. In 1980 werd het museum geopend en sommige spullen zijn via de antiekhandelaar ook te koop!

We namen hartelijk afscheid van de aardige dame en vervolgden onze wandeling. Tegenover het Pilgrimsmuseum staat de Hooglandse kerk. In 1314 stond hier een houten kapel die vervangen werd door een stenen kerkje met toren. In 1377 werd het begin gemaakt van de huidige kerk; de Sint Pancratius. De bouw verliep met horten en stoten door geldgebrek en in 1500 was het plan om er de langste gothische kruisbasiliek van te maken en mogelijk zelfs een kathedraal. In 1535 lag de bouw wederom stil en in 1566 kwam er door de beeldenstorm definitief een einde aan de kathedraal-aspiraties. Sinds 1572 werd de kerk overgenomen door protestanten en veranderde de naam in de Hooglandse kerk. Vrijwel alle katholieke kunstwerken zijn vernield. Ook heeft de kerk een poos voor graanopslag gediend.

De kerk is 70.7 meter lang, 26.3 meter breed en 26.2 meter hoog. In 1807 was er sprake van de sloophamer maar dat is toch voorkomen en sinds 1840 is de kerk diverse keren gerenoveerd. Ook bij deze kerk zijn er huizen tegenaan gebouwd om in de kosten van onderhoud te voorzien.

Er zijn 24 altaren, diverse grafstenen en tussen 1 mei en 1 oktober kun je de kerk bezichtigen. De kerk wordt nog steeds voor kerkdiensten gebruikt maar ook voor andere evenementen.

 

Na een half rondje om de kerk liepen we de Hooglandse Kerkgracht in. Hier staat één van de grootste monumenten van Leiden; Het Weeshuis. Vanaf 1403 was het Onze Lieve Vrouwengasthuis in dit pand gevestigd. In 1583 werd het Vrouwengasthuis ontruimd en werd het gebouw overgedragen aan de Heilige Geestmeesters, die er het Armenweeshuis in vestigden. Er woonden toen 49 weeskinderen op de Breestraat en het pand werd te klein. Op het hoogtepunt (of dieptepunt...) in 1788 woonden er 579 tot 1000 wezen. Zij werden ook 'geïmporteerd' uit Brabant, België en Duitsland en werden ingezet in de textielnijverheid. Boven de ingang staan de beeldjes van 'Kootje en Kaatje' die sinds 1607 de toegangspoort sieren;

 

Alle weeskinderen kregen kleding aan waarmee ze op straat goed te herkennen waren; één rode en één witte mouw. Er waren meer meisjes dan jongens, die vaak tekenden bij de VOC of het leger. In 1850 woonden er nog 350 wezen en het aantal daalde tot 25 in 1961. Toen werd het weeshuis gesloten en kwam er het Geologisch museum in, die in 1990 als Naturalis verhuisde naar een nieuw pand. Sinds 2010 is het gebouw in gebruik als het Utopa-Weeshuis/Kinderrechtenhuis en is er een Weeshuismuseum in gevestigd. Je kunt onder andere de regentenkamer bezoeken maar wegens Corona gesloten tot nader order. 

  

Foto rechts boven geeft een aardige indruk van de Hooglandse Kerkgracht.

Aan het eind van deze straat vonden we nog een winkel met erg leuke kaarten en hier neusden we even lekker rond.

We sloegen links af de Oude Rijn op en via de toegangspoort (foto onder) en het Van der Sterrepad liepen we naar de Burcht.

Men neemt aan dat op deze plaats al in de 4e eeuw een verdedigingswerk stond op een kunstmatige heuvel die op den duur 12 meter boven de omgeving uit toornde. Zeker is dat in de 9e en 10e eeuw de eerste aanzet gemaakt werd van een met palen omheinde vluchtplek. De huidige turfstenen bebouwing is in 1150 in opdracht van de graven van Holland gebouwd. 

De borstwering met kantelen heeft een doorsnede van 35.5 m, is 6.2 m hoog en de muren zijn 80-90 cm dik. In de 14e eeuw kwamen er zoveel bebouwing rond de burcht dat de militaire functie verloren ging.

De smeedijzeren voorpoort stamt uit 1653;

 

Via de trap liepen we naar de toegangspoort (1662);

  

De wapens op de toegangspoort zijn van Leidse burgemeesters, die sinds de 17e eeuw de heren van de Burcht waren.

Op de rechter foto boven zie je de binnenkant van de Burcht met dikke bomen en via een trap kon je langs de kantelen lopen en het geweldige uitzicht op Leiden bewonderen.

Het eerste uitzicht is dat op het Heerenlogement, gebouwd in de 17e eeuw voor deftige gasten. Links was er een koetshuis voor hun paarden.

Achter het Heerenlogement had je nog een mooi uitzicht op de Hooglandse kerk.

Het uitzicht op de puntdaken van (grotendeels) nog oude stadshuizen was erg mooi. Links zie je de ronde koepel van de Marekerk;

Rechts de 85 meter hoge schoorsteen van de Gasfabriek. Tot de introductie van aardgas in 1967 maakte Leiden hier gas uit steenkool. Nu wekt men hier elektriciteit op uit gas. 

Ook was er een goed uitzicht op de achterkant van het stadhuis. De voorgevel heeft de brand in 1929 overleefd; de achterkant is in een andere steil gebouwd;

 

Links kun je nog net de Pieterskerk ontwaren. De Pieterskerk is vernoemd naar Petrus. Het symbool van Petrus zijn sleutels; de toegang tot de hemelpoort. Leiden heeft dit symbool overgenomen en hier dankt Leiden dus zijn naam 'Sleutelstad' aan.

Hierna liepen we terug naar de Oude Rijn en via de Donkersteeg liepen we een klein stukje over de Haarlemmerstraat, langs de Hartebrugkerk. Deze kerk stond niet op de route, waarschijnlijk omdat hij ver na de tijd van Rembrandt gebouwd is. (1836). Destijds waren de 4 grote kerken in Leiden protestants, en na de godsdienstvrijheid werd deze katholieke kerk gebouwd. Omdat hij open was gingen we er toch even naar binnen;

 

Via de Lange Mare kwamen we langs de Marekerk. Deze kerk is gebouwd tussen 1639 en 1649. Het was de eerste protestante kerk in die tijd en daarom kreeg de kerk een koepelvorm zodat iedereen in een cirkel rond de voorganger kon zitten;

Ook deze kerk was niet open voor een korte bezichtiging dus we liepen we langs café In de Oude Marenpoort met een mooie gevelsteen die verwijst naar de Marepoort die hier in 1602 werd gebouwd en in 1611 alweer overbodig werd door de stadsuitbreiding;

Op de Oude Singel hadden we nog een mooi uitzicht op de Leidse Schouwburg. Daar huisde 400 jaar geleden Brouwerij de Hasewind waar Rembrandt vaste klant was;

Hierna liepen we langs museum de Lakenhal. Het museum is sinds 1874 gevestigd in de monumentale, 17e eeuwse keurhal voor wollen stoffen. Laken was een zware, wollen stof die gebruikt werd voor deftige kleding. In de Laecken-Halle werd het laken op kwaliteit gekeurd, gemerkt en daarna verhandeld. In 1640 werkte minstens de helft van de 60.000 inwoners van Leiden in de textiel waar Leiden zijn welvaart aan te danken had.

Nu kun je hier beeldende kunst, geschiedenis en kunstnijverheid van de stad Leiden bewonderen. 

Omdat we allebei nog afspraken voor de middag hadden en het inmiddels al tegen 11.30 uur liep (ongelofelijk; we waren al weer 3 uur op pad!) besloten we heel kort even een bezoek te brengen aan dit museum; even naar de toilet en de 2 hoogtepunten uit de collectie bekijken;




Het drieluik met 'Het Laatste Oordeel' van Lucas van Leden (1526) die tot 2 keer toe aan haar eigen laatste oordeel ontsnapte (de beeldenstorm en een brand).

En de beroemde hutspot ketel;


De legende wil dat de weesjongen Jappensz direct na het Leids Ontzet de beroemde pot met hutspot vond in de door de Spanjaarden verlaten schans van Lammen. Joppensz kreeg een standbeeld (ondanks dat Gijsbert Cornelisz. Schaeck de echte vinder was). De ketel is dus te bewonderen in het museum en we vonden het maar een onooglijk kleine ketel en verdacht gaaf en glimmend...
Het is lang een traditie geweest dat een weesjongen de ketel door de stad voerde tijdens de jaarlijkse 3-oktoberviering.

We lieten de rest van het museum over voor een volgend bezoek en buiten vonden we een bankje waar we dankzij super goede thermoskannen heerlijke groentesoep aten.

Onze volgende wandeling wordt de Pilgrims route, nu alleen nog een datum prikken...








.






















No comments:

About Me

My photo
Voorschoten, Netherlands
Ik ben dit blog in mei 2008 begonnen als vervanging van de nieuwsbrieven die ik regelmatig naar familie en vrienden opstuurde. Ik ben getrouwd met Peter, die voor een Nederlandse baggermaatschappij werkt, en we hebben 2 kinderen, Lilith (23 jaar) en Jillis (20 jaar). Sinds augustus wonen wij in Dubai en in Voorschoten. De kinderen studeren allebei in Nederland; Lilith IBA in Rotterdam en Jillis fiscaal recht in Leiden. Behalve in Nederland heb ik ook 4 jaar in Davos (Zwitserland), 3 jaar in Karratha en Geelong (Australie), 2,5 jaar in Janabiyah (Bahrein), 8 jaar in Singapore en 2 jaar in Jakarta (Indonesie) gewoond. Peter woont sinds een jaar meestal alleen in het buitenland; eerst een jaar Vitoria, Brazilië en nu in Dubai. Ik ben begonnen met diverse studies in de alternatieve gezondheidszorg. In mijn blogs schrijf ik over de belevenissen van ons gezin, over onze avontuurlijke vakanties en wat er verder nog in onze levens speelt.